Je vloerbedekking in je woonkamer is aan vervanging toe en je besluit laminaat te leggen. Gemakkelijk in onderhoud, houdt allergieën op een afstandje en bovendien heeft het een warme en gezellige uitstraling. Zelf laminaat leggen is niet moeilijk. Het is wel belangrijk alles goed voor te bereiden.
Een goede start
Je voorbereidingen beginnen bij wat rekenwerk. Je zult moeten uitrekenen, hoeveel laminaat je nodig hebt. Je berekent de oppervlakte van de woonkamer eenvoudig met lengte x breedte. Omdat bij het zagen van laminaat een foutje ook snel gemaakt is, of je stoot per ongeluk een hoekje van een plank af, moet je altijd minimaal één pakket extra in huis halen. Er is ook nog een andere reden voor het ruim inkopen. Vooral bij aanbiedingen kan de voorraad snel uitverkocht zijn, of uit het assortiment gaan. Het zou jammer zijn, als je nét één plank tekort komt en de winkel met lege schappen zit.
De basis
Laminaat moet op een vlakke vloer worden gelegd. Onder het laminaat breng je een laag isolerend materiaal aan. Dit voorkomt aan de ene kant geluidsoverlast, aan de andere kant zorgt het voor een stukje extra warmte-isolatie. Welke ondervloer je nodig hebt, is afhankelijk van je huis, de vloer en de vraag of het laminaat op een bovenverdieping komt te liggen of niet. Laat je hierover in de winkel goed adviseren!
Laminaat leggen
Als de ondervloer is neergelegd, komt het laminaat aan de beurt. De eerste baan is de basis, deze moet goed recht liggen. Met afstandblokjes kun je het laminaat een heel klein stukje van de muur houden, zodat het laminaat nog kan uitwerken. Veel laminaat is tegenwoordig kliklaminaat, dat je met een handige beweging aan elkaar klikt. Een plint of afwerkingslat rondom maakt je vloer af.
